Gratis Chinees leren: Les 12 - Conversatie 1 - Grammatica

Object en Complement in 得 de-constructie

Als er een object bij een werkwoord hoort in een 得 de-constructie, dan zijn er drie mogelijkheden om een actie te beschrijven:

  • Onderwerp + Werkwoord + Object + Werkwoord + 得 + Complement

  • Onderwerp + Object + Werkwoord + 得 + Complement

  • Object + Onderwerp + Werkwoord + 得 + Complement

 

Bijvoorbeeld,

  • 他说汉语说得很好。 Tā shuō Hànyǔ shuō de hěn hǎo. "Hij spreekt goed Chinees."

  • 他汉语说得很好。 Tā Hànyǔ shuō de hěn hǎo. "Hij spreekt goed Chinees."

  • 汉语他说得很好。 Hànyǔ tā shuō de hěn hǎo. "Hij spreekt goed Chinees."

 

en:

  • 他写汉字写得很漂亮。 Tā xiě Hànzì xiě de hěn piàoliang. "Hij schrijft mooie Chinese karakters."

  • 他汉字写得很漂亮。 Tā Hànzì xiě de hěn piàoliang. "Hij schrijft mooie Chinese karakters."

  • 汉字他写得很漂亮。 Hànzì tā xiě de hěn piàoliang. "Hij schrijft mooie Chinese karakters."

 

 

哪里 nǎlǐ "waar" of "ach welnee"

哪里 nǎlǐ is een vragend voornaamwoord met dezelfde betekenis als 哪儿 nǎr "waar". Maar 哪里 wordt ook gebruikt als een uitdrukking om een compliment in ontvangst te nemen. De bedoeling is om beleefd te zijn zonder op te scheppen. Chinezen accepteren een compliment nooit direct.

 

应该 yīnggāi: "zouden moeten, behoren te" als hulpwerkwoord

 

We hebben in les 8 al twee hulpwerkwoorden geleerd: 要 yào en 想 xiǎng. In deze conversatie hebben we 应该 yīnggāi erbij geleerd, waarmee je een "morele verplichting" kunt aangeven.
Bijvoorbeeld,

  • 你应该每天练习汉字。 Nǐ yīnggāi měitiān liànxí Hànzì. "Je zou elke dag Chinese karakters moeten oefenen."

  • 他应该去中国学习汉语。 Tā yīnggāi qù Zhōngguó xuéxí Hànyǔ. "Hij zou naar China moeten gaan om Chinees te leren."

 

 

该 gāi: "moeten zijn" als een werkwoord

该 gāi wordt ook gebruikt als een werkwoord.

Bijvoorbeeld, 现在该我了。 Xiànzài gāi wǒ le. "Nu is het mijn beurt."

 

 

Hulpwerkwoord 能 néng "kunnen, in staat zijn"

能 néng kan een vaardigheid aanduiden, zoals 会 huì "kunnen". Daarnaast kan je 能 ook gebruiken om aan te geven dat je iets in een bepaalde situatie wel of niet kan.

 

Bijvoorbeeld,

  • 他能开车。 Tā néng kāichē. "Hij kan autorijden." = 他会开车。 Tā huì kāichē. "Hij kan autorijden."

  • 他能写汉字。 Tā néng xiě Hànzì. "Hij kan Chinese karakters schrijven." = 他会写汉字。 Tā huì xiě Hànzì. "Hij kan Chinese karakters schrijven."

  • 他今天很累,所以不能开车。 Tā jīntiān hěn lèi, suǒyǐ bù néng kāichē. "Hij is vandaag heel moe en kan daarom niet autorijden."

  • 他没有笔,所以不能写汉字。 Tā méiyǒu bǐ, suǒyǐ bù néng xiě Hànzì. "Hij heeft geen pen en kan daarom geen Chinese karakters schrijven."

 

Het verschil tussen 能 néng en 会 huì is dus, dat je 会 als iemand een vaardigheid onder de knie heeft. In sommige omstandigheden is iemand ergens niet toe in staat; in dat geval wordt 能 néng gebruikt.

 

 

Hulpwerkwoord 能 néng "mogen"

能 néng wordt ook gebruikt om toestemming te vragen, vergelijkbaar met 可以 kěyǐ "mogen".

 

Bijvoorbeeld,

  • 我能进来吗? Wǒ néng jìnlai ma? "Mag ik binnenkomen?" = 我可以进来吗? Wǒ kěyǐ jìnlai ma? "Mag ik binnenkomen?"

  • 我现在能不能看电视? Wǒ xiànzài néng bu néng kàn diànshì? "Mag ik nu tv kijken?" = 我现在可不可以看电视? Wǒ xiànzài kě bu kěyǐ kàn diànshì? "Mag ik nu tv kijken?"

 

De inhoud van deze pagina van de online gratis cursus Chinees is ontwikkeld door Amy (Ya-Ping) Hsiao (www.chinees-leren.nl).